32. ... 25-30 De spannendste zet.

54. 22-18 42-47 55. 18-13 20-24 56. 13-08 07-11 57. 16x07 25-30 58. 34x25 15-20 59. 25x14 24-30 60. 35x24 47x01 Gelukkig had ik nog voldoende tijd voor het eindspel bewaard, om er achter te komen dat lopen naar 18 nog voor enkele problemen kan zorgen. Naar 17 lijkt immers wat onhandig.

50. ... 25-30 51. 40-34 30x28 52. 37-32 24x42 53. 32x01 Deze kleine combinatie is natuurlijk belangrijk in mijn keuzes van hiervoor

33. ... 25-30 34. 31-27 19-23 35. 27-22 20-25 36. 33-28 13-19 37. 39-33 De partijzet was een beetje flauw (?ke, natuurlijk wel met licht voordeligere stand voor zwart), zeker omdat er zulke waanzinnige varianten op het bord kunnen komen!

22. ... 13-18 23. 39-34 18x29 24. 34x23 15-20 25. 40-34 24-29 26. 33x15 16-21 27. 27x16 25-30 28. 35x13 09x49 29. 38-32 49x27 30. 31x22 14-20 31. 15x24 12-18 32. 22x13 08x30 33. 45-40 30-35 34. 40-34 10-14 35. 41-37 14-20 36. 37-32 20-24 37. 32-27 24-30 38. 34x25 35-40 Hans Jansen kwam met de volgende combinatie, waarbij het de vraag is of wit het eindspel nog kan houden. Cor van Dusseldorp dacht hier positief over

Deze opening (link naar partij) had ik een paar jaar geleden ook tegen Geert Prinsen gespeeld, en die was mij toen wel bevallen. Ook deze keer was ik er niet ontevreden over. Grappig dat bij de partij Richard Kromhout - Roel Boomstra de eerste 11 zetten gelijk waren. 

Hier stond een hersenkronkel van Richard Kromhout waar niks van klopte.