Alweer een verliespartij. Dit geheel tegen de plannen in. Zwart dacht op de 14e zet mogelijk een zetje naar dam uit te gaan voeren, maar dit was gezichtsbedrog. Op de 20e zet kan wit minder met de bult zwarte randschijven dan waar zijn eigen stand om vraagt. De zet 20.31-26 keurde de witspeler af, want als zwart 22-27 32x21 16x27 zou gaan spelen, waar ik hem best voor aanzag, dan zou 37-32 al een 4-om-4-ruil kunnen opleveren en daar doe je het niet voor. Daarom besloot wit om de tweevoudige staart-randschijf-situatie in te wisselen voor een enkelvoudige middels de ruil 20.33-29 (24x33) 39x17 (12x21). Het kan zijn dat ik ergens in mijn denkwerk had ingemetseld dat ik er qua tempi wel aardig voor stond (2 minder). Nooit heb ik bedacht dat zwart eenvoudig toe kon spelen naar de ruil 36.(17-22). Tegen die tijd zou ik wel een ruil kunnen doen, moet ik hebben gedacht. Uiteraard was er al weer sprake van tijdnooid in deze fase voor de witspeler. Helaas kon ik de slotzetten niet meer reconstrueren. Op de 39e zet redt wit zich nog redelijk, zo lijkt het. Zwart komt met 39.(16-21) enz. en weet het nog zover te brengen dat hij naar dam combineert, wat de zaak er niet gemakkelijker op maakt voor wit. Toen de tijd op was, was de stand ook op. De volgende keer zal Jan Adema wel op het programma staan en is de kans op nog een verliespartij levensgroot. Drie verliespartijen op rij moeten voldoende zijn om mij nog net op tijd in een underdogpositie te manoeuvreren. Het persoonlijk damkampioenschap van Friesland begint tenslotte al over anderhalve week.