| |||||
| |||||
Videobeelden van de slotfase via de Facebookpagina van het toernooi: | |||||
| |||||
PDN Diagram 1 | |||||
Volgens de eindspel database moet zwart hier vervolgen met:
77. ... (41-46) 45-50 +- Daarna gaat zwart 5 dammen halen met dank aan de bezetting van de tric-trac. | |||||
PDN Diagram 2 | |||||
Aangewezen is:
65. (39-34) 39-33 (23-29 24-20 29x47 20x9 ==) 32-38 66. 26-21 38x20 67. 21x32 == | |||||
| |||||
Toen ik naast het bord stond, dacht ik dat Johan in het eindspel kon afwikkelen naar een 4 om 1, maar dat faalt omdat Andrew dan met zijn dam op tijd is om alitjd een witte schijf te roven. | |||||
PDN Diagram 3 | |||||
74. ... 48-26
75. 13-09 26-03
76. 09-04 03-21
77. 07-02 21-27
78. 04x31 36x27
79. 02-11 28-32
80. 11-16 25-30
81. 16-02 30-35
82. 02-13
| |||||
PDN Diagram 4 | |||||
74. ... 48-26
75. 13-09 26-03
76. 09-04 03-21
77. 07-02 21-27
78. 04x31 36x27
79. 02-11 28-32
80. 11-16 15-20
81. 16-07
| |||||
| |||||
{ 5 dammen tegen 2 dammen, hoe was dat ook alweer? 5 dammen tegen twee dammen zijn bestudeerd door Manoury, van Kesteren, Lex den Doop, Gerrit de Bruijn (recent). Misschien kan Hanco nog wat referenties achterhalen. Dit is zeer uitgebreid samengevat door Harry Zandvliet, 11 mei 2017, Damclub Den Haag. Om te winnen heeft wit (de meerderheidspartij) nodig:
In de eerste fase kunnen de zwarte dammen nog vrij bewegen. Dit is voor de partijspeler de lastigste fase. Wanneer je dat niet goed doet, dan ontvlucht de zwarte dam steeds naar een ander kwadrant. Hieronder een compacte samenvatting. Gewapend met deze kennis zou het moeten lukken dit eindspel te winnen dan wel irritant tegen te spelen. | |||||
PDN Diagram 5 | |||||
Geen hoofdlijn, geen trictrac voor zwart
Een goede oefening voor diverse finesses. (1. ... 42-15 2. 6-28 43-49 3. 28-41 15-47 4. 1-12 47x36 5. 2-13 36x9 6. 4x27 49x8 7. 3x12 +-) (1. ... 42-15 2. 6-28 43-49 3. 28-41 49-38 4. 41-47 38-33 5. 47x29 15x33 +-) (1. ... 43-49 2. 1-40 49x35 3. 4-13 35x8 4. 2x47 +-) (1. ... 42-47 2. 6-28 43-49 3. 28-23 49-16 4. 23-41 47x36 5. 1-18 36x13 6. 4x22 16-32 7. 3-21 32x16 8. 22-11 16x7 9. 2x16 +-) (1. ... 42-47 2. 6-28 43-48 3. 28-41 47x36 4. 2-13 36x9 5. 4x31 48x26 6. 1-12 26x8 7. 3x12 +-) | |||||
PDN Diagram 6 | |||||
Zwart vlucht naar kwadrant 2.
Changed on 04-08-2021.1. ... 37-46 2. 2-16 43-48 3. 3-26 48-30 4. 1-18 30-24 5. 18-22 (24-47 4-15 47-41 15-47 41-05 en we zijn in fase 2 aangeland. ) 24-35 6. 22-27 D22 staat in de weg voor de vangstelling 49/40. De zwarte dammen mogen nog steeds niet los staan, en worden ingevangen. 46-5 7. 6-1 5-46 8. Even een tempo. 4-15 46-5 9. 15-10 5x21 10. 26x8 35x2 11. 1-7 2x11 11. 16x2 +- | |||||
PDN Diagram 7 | |||||
Zwart vlucht naar kwadrant 3
Changed on 01-08-2021.1. ... 37-46 2. 2-16 43-25 3. 3-26 25-48 4. 6-22 48-25 5. 1-6 46-5 6. 16-21! Wit dreigt nu D25 op te sluiten in kwadrant 3. Daarom is 25-48 verhinderd. 25-14 7. 21-38 14-3 8. 38-47 3-14 9. 26-48 (14-03 47-20 Nu blijkt waarom deze dam naar de lijn 15/47 moet. 3x25 04-10 05x17 6x39 25x43 48x25 +-) 14-46 +- en nu is fase 2 bereikt. | |||||
PDN Diagram 8 | |||||
Fase 2, de sleutelstand van Manoury (1. ... 46-41 2. 38-47 41-46 3. 22-17 46-23 4. 4-10 5x19 5. 47-41 23x46 6. 48-37 46x11 7. 06x05 +-) (1. ... 46-41 2. 38-47 41-46 3. 22-17 46-14 4. 47-20 14x25 5. 04-10 05x11 6. 06x39 25x43 7. 48x25 +-) (1. ... 05-41 2. 38-47 41-05 3. 22-17 46-19 4. 04-10 05x14 5. 47-20 14x25 6. 17-39 25x43 7. 48x02 +-) | |||||
| |||||
Ik blijf vijf om twee eindspelen heel pittig vinden. Ik heb wel een boekje aangeschaft van de Bruin daarover. Maar het blijft lastig. | |||||
| |||||
Martin, als je een computer hebt, dan oefenen totdat alle patronen ingesleten zijn. | |||||
| |||||
Ja ok, Kees, dat is een goed advies. | |||||
| |||||
Martin, en laat even weten in welke posities de zwarte dam steeds ontsnapt, als dat gebeurt. | |||||
| |||||
Ja zal ik doen. | |||||
| |||||
Hermelink niet vergeten zie https://dammendtilburg.nl/techniek/vijf%20om%20twee.htm | |||||
| |||||
De methode van Harry Zandvliet staat ook in Hoofdlijn (202-203-204) en is volgens niet-kenners de gemakkelijkste methode om die 5 om 2 aan te leren, al doet bij zulke materie het woord 'gemakkelijk' wat sarcastisch aan. Zeker ook de moeite waard om na te spelen en te vergelijken met de aantekeningen van 2007. | |||||
| |||||
Bovenstaande is bedoeld als geheugensteuntje voor de partijspeler. Uitganspunt zijn de drie principes die ik noem. Ik herhaal nog maar even: Changed on 03-08-2021.
De sleutelstand van Manoury is niet het handigste startpunt om de zwarte dammen in te sluiten. Deze observatie is van Gerrit de Bruijn. | |||||
PDN Diagram 9 | |||||
1. 48-34 46-05 2. 04-10 05x40 3. 45x29 15x33 4. 47x15 +- Een vereenvoudigde versie van de finesse van Manoury is al te vinden in de eerste uitgave: Manoury / Essai sur le jeu de dames à la polonoise, A Paris : chez Knapen & Delaguette #au bas du Pont S. Michel, & au Palais#, 1770 In de diagrammen van dit boek (122 bladzijden) is het bord een kwartslag gedraaid; Speler A. speelt van links naar rechts. Ook de nummering is anders dan wij zijn gewend. Gezien vanuit speler A. van links naar rechts. De trictracvelden met betrekking tot speler A. (wit) noemt men 5 & 6. De trictracvelden met betrekking tot speler B. (zwart) noemt men 41 & 46. Zie pagina 21, 22. Het eindspel is te vinden op pagina's 71, 72, positie 19. Het eindspel met 5 tegen twee dammen wordt besproken in positie 20. | |||||
PDN Diagram 10 | |||||
1. ... 48-25 2. 02-08
Deze stand (zwart aan zet) is nog makkelijker om te spelen. 10 ply volgens de KR eindspel database. De vraag: is dit de optimale stand, langste verdediging, voor zwart? | |||||
PDN Diagram 11 | |||||
Met D18 op 12 in diagram 10 heeft wit een nog betere controle over de kwadranten. Bovendien kan wit aansturen op gewonnen 3-om-1 dameindspelen op de trictrac. Kort samengevat op hoofdlijnen:
Changed on 15-08-2021.(1. ... 37-48 2. 17-12 (5-46 2-24 en daarna als in fase 2. ) 48-25 3. 36-09 +-) (1. ... 37-32 2. 17-12 32-16 3. 03-08 (5-28 36-27!) (5-28 8-35) 05-46 4. 36-41 46x07 5. 01x40 +-) (1. ... 37-46 2. 17-12 46-10 3. 2-24 En daarna als in fase 2. D24 >> 15 & D3 >> 25. 10-15 4. 24-47 15-10 5. 47-15 10-46 6. 3-25 +- ) Dam op 47 inplaats van 36 is ook nog een verbetering. Wit kan dan ongehinderd de actie 2-24-15 uitvoeren. En verder kan zwart geen dam op 25 plaatsen. | |||||
PDN Diagram 12 | |||||
Merk op dat zwart in deze configuratie niet naar 26 en 25 kan spelen.
De basis manoeuvre voor de hoofdlijn, na 2. 34-39: 49 > 27 > 36, 48 > 26. 1. ... 02-19 2. 34-39 19-46 3. 49-27 46-41 4. 27-36 41-14 5. 48-26 14-46 6. 04-15 46-14 7. 36-09 14x03 8. 15-10 05x44 9. 50x17 03x21 10. 26x03+- De finesse van Manoury (1770, positie 20) | |||||
PDN Diagram 13 | |||||
De basis manoeuvre voor kwadrant 2, na 2. 34-39:
48 > 43 > 16, dreigt met 16-7. 1. ... 05-46 (2-16 34-39 5-23 39-43!+) 2. 34-39 02-35 3. 48-43 (46-14 4x13 35x2 39-11 2X16 43-38 16x43 49x5+) (46-5 4-10 5x44 50x11+ ) 46-19 4. 43-16 ((Of direct: 39-34! 35-24 4-15)) 19-02 5. (4-18!+) 39-34+ Ik ga het nog samenvatten in een compositie. | |||||
| |||||
Dank je wel Kees voor al dit moois! | |||||
| |||||
PDN Diagram 14 | |||||
Leuk om uit te zoeken. Mij viel nog het volgende binnen: wanneer we de oorspronkelijke positie nemen van Manoury (1770), en we verplaatsen D3 > 25 en D4 > 13 > 35 dan ontstaat met zwart aan zet de ideale uitspeelstand die ik ook herontdekt heb (gedraaid). Het uitspelen van deze stand is kinderlijk eenvoudig.
Met het verplaatsen van 34 naar 33 heeft G. Fournier (1920) ons jarenlang op het verkeerde been gezet. Op het gevaar af off-topic te zijn: het is waarschijnlijk dat de gehaaide koffiehuisdammer Manoury deze spelgang heeft gekend. | |||||
Spiekbriefje 5 dammen tegen 2, inclusief oefeningen (spartaanse versie). | |||||
| |||||
Is diagram 14 de beloofde compositie, Kees? | |||||
| |||||
PDN Diagram 15 | |||||
Diagram 14 is de sleutelstand van Manoury, 1770. De beloofde compositie (diagram 15) vind je hier. Nog een vraagje: Weet jij of het boekje
L. Barteling, Traité theorique et pratique du jeu de dames, La tribune des jeux de combinaisons, Amiens, 1901.nog ergens is te vinden, bijvoorbeeld in de collectie van Philip de Schaap? Als dat het geval is dan kan ik de sleutelstand van Louis Barteling als compositie invoeren, inclusief de oplossing van de auteur. | |||||
| |||||
Beide boekjes van Barteling zijn opgenomen in de verzameling van Philip de Schaap. Ik heb een heruitgave van het tweede boekje, uit 1922. Daarin staan wat 5-om-2's: https://imgur.com/a/qsuFbyF |