Order by date, last inserted
 25-11-2020  Hanco Elenbaas:
Ton Sijbrands, 6 november 1999

Aliev had lang remise in handen

In vervolg op de rubriek van vorige week laat ik opnieuw een winstpartij van Harm Wiersma uit het Europees kampioenschap 1999 zien. Ditmaal betreft het de partij die de toernooiwinnaar in de tiende ronde speelde tegen Eldar Aliev uit Azerbeidjan.  

Wie die partij oppervlakkig naspeelt, zou kunnen menen dat we hier met een soepele, gestroomlijnde overwinning van doen hebben. Een nadere inspectie leert evenwel dat dat beeld bijgesteld dient te worden. In werkelijkheid namelijk werd het evenwicht pas in een vergevorderd stadium beslissend verbroken: op de 45e zet, in een eindspel van wederzijds zes schijven, had Aliev, die zich tot dan toe buitengewoon taai verdedigd had, nog steeds een puntendeling in handen...

Wiersma-Aliev
(EK 1999)

1.33-29 18-22 2.31-26 22-27 3.32x21 16x27 4.37-32 17-21

Actiever is opvangen met 4...11-16 5.32x21 16x27 (6.41-37), al dan niet gevolgd door de 2x2 ruil 6...27-31 en 7...19-23 enz.

5.26x17 12x21 6.32-28(!) 19-24

En deze zet onderstreept de defensieve doelstellingen waarmee de zwartspeler, de manoeuvre 2...22-27 enz. ten spijt, klaarblijkelijk aan deze partij begonnen is. Gebruikelijk is direct 6...11-16, al geldt de stelling na 7.38-32 27x38 8.43x32 op z'n minst als iets prettiger voor wit.

7.39-33 11-16 8.28-23!

Ook nu was 8.38-32 27x38 9.43x32 goed speelbaar, maar de tekstzet is minstens zo ambtitieus.

8...13-18

Inderdaad kan zwart het zich niet of nauwelijks permitteren de vijandelijke voorpost nìet af te ruilen.

9.23x12 7x18 10.41-37 9-13 11.44-39 1-7 12.50-44 7-12 13.37-31 4-9 14.31x22 18x27 15.46-41 12-18 16.34-30 6-11 17.30x19 14x34 18.40x29 20-24 19.29x20 15x24

Aliev wenst - voorlopig althans - zo min mogelijk terrein prijs te geven.

20.45-40 8-12 21.40-34 2-8 22.33-29! 24x33 23.38x29

Zo verzekert wit zich van tegenspel in het centrum en langs de rechter bordrand.

23...21-26(!)

Aliev voelt goed aan dat hij het, zeker tegen een tegenstander als Wiersma, niet op gesloten stellingen als na 23...11-17(?) 24.41-37! 17-22 25.37-31/39-33 enz. moet laten aankomen.

24.41-37 16-21 25.43-38(!) 11-16 26.37-32(!) 12-17 27.39-33 27-31?!

Voor deze vlucht naar de bordrand bestond geen dwingende reden. Wil zwart zich desondanks van zijn voorpost 27 ontdoen, dan is het logischer om dat doel via 27...17-22 en 27-31x31 na te streven. Dit neemt echter nìet weg dat ook na de 2x2 ruil waartoe de tekstzet de inleiding vormt, wits positievoordeel zich moeilijk laat concretiseren: buiten de randschijf op 31 (36) zijn er weinig of geen werkelijke zwaktes in de zwarte stand aan te wijzen.

28.36x27 18-23 29.29x18 13x31 30.49-43 8-12 31.34-29 31-36 32.33-28 9-13 33.44-39 26-31 34.39-33 10-14 35.35-30 5-10 36.30-24 13-18

Het passieve, doch op zich niet onintelligente randspel dat Aliev in deze partij etaleert, doet in de verte aan dat van Carl 'Buster' Smith denken, de Amerikaanse verdedigingskunstenaar die in 1992 overleed. Al zou Smith er op de één of andere manier voor gezorgd hebben dat schijf 10 op veld 4 had gestaan.

37.43-39 21-27 38.32x21 17x26 39.38-32 16-21 40.39-34

Zie diagram

40...31-37(!)

Nog altijd verweert Aliev zich inventief. Wit mag de aangeboden schijfwinst (41.32x41??) niet aannemen wegens 41...14-19! en 42...21-27 enz. met dam.

41.42x31 36x38 42.33x42 12-17 43.42-38 17-22 44.28x17 21x12 45.38-32 12-17?

Het beslissende moment. Eveneens fout was 45...26-31? 46.32-28!, waarna zwart de dreiging 47.28-22! en 48.24-19 + niet meer kan pareren (46...12-17?? 47.28-23 +). Maar als mijn analyses kloppen, had hij zowel met 45...3-8! (bedoeling: 46.32-28 18-22! 47.28x17 12x21 enz.) als met 45...10-15! stand kunnen houden.
In elk geval wordt dit laatste bevestigd door Stef Keetman, de ontwerper van het computerprogramma TRUUS, die zo vriendelijk is geweest een aantal EK-partijen door zijn geesteskind te laten doorlichten. Volgens TRUUS namelijk zouden wits winstkansen na een 'normaal' vervolg als (45...10-15) 46.32-28 14-20* 47.28-23/24-19 enz. zelfs dermate gering zijn dat zij de (remise-)afwikkeling 46.32-27 12-17! 47.27-21 18-23! 48.21x12/29x18 14-20 49.29x18/32x21 20x40 50.12-7 enz. als de relatief beste mogelijkheid aanmerkt.
In vergelijking hiermee lijkt mij na 46.32-27 12-17 het schijnoffer 47.24-19(!) 14x23 48.27-21 altijd nog een hardere winstpoging. Maar het is waar dat wit er ook dan, bij een correct vervolg van zwart althans, niet meer komt. Zo kan er volgen 48...15-20 49.21x12 18x7 50.29x18 en nu:
1) 50...20-24? 51.48-42! 3-8/7-11 (van groot belang is dat 51...26-31? verliest door 52.34-29! 24x33 53.42-37 31x42 54.47x29 3-9 55.29-23 9-14 56.18-13 7-12 57.23-19! 14x23 58.13-9 enz. +) 52.42-37! 7-11/3-8 53.47-41! 11-17 54.41-36! en wit heeft precies de goede oppositie!
2) 50...3-8! 51.34-29 (ook op andere zetten komt zwart met schijf 26 op) 26-31 52.48-43 (kansrijker plannen voor wit zijn niet te zien) 51...7-11 (of ook eerst 51...31-37, wat slechts schijnbaar op tempoverlies zou neerkomen) 52.43-39 11-16 en nu een tweede en tevens laatste splitsing:
2.1) 53.39-34 16-21 54.34-30 21-27 55.30-25 27-32 (of ook eerst 55...20-24 56.29x20 gevolgd door 27-32-38-43) 56.25x14 32-38 57.14-9 38-43 enz. =.
2.2) 53.39-33 16-21 54.33-28 21-27 55.28-23 27-32 56.23-19 31-37! (maar onder geen beding te snel 56...32-38? wegens 57.47-42!! en 58.18-13 +) 57.18-13 32-38! 58.13x2 38-43 en tegen de remise-dreiging 59...43-49 enz. is geen kruid gewassen.

46.32-28! 3-8

Hierna gaat het snel bergafwaarts met zwart. Maar ook na 46...18-22 47.28-23 22-27 48.23-18! of 48.23-19! 14x23 49.29x18 was de witte aanval niet meer te stoppen geweest.

47.28-23! 8-12 48.34-30!

Had de zwartspeler misschien uitsluitend gerekend op 48.24-19?, om daarop middels 48...14-20! 49.34-30 20-25 50.30-24 17-21/22 enz. een succesvolle blokkade op te werpen? Na de tekstzet is er evenwel geen houden meer aan.

48...17-22 49.30-25 10-15 50.25-20! 14x25 51.23-19

Met een standaard-offer dat onder meer bekend is van de fraaie partij die de toenmalige wereldkampioen Alexeï Tsjizjov in het kampioenschap van de Sovjet-Unie 1990 van Vjerchovich won, baant Wiersma zich een weg naar de damlijn. Let overigens op de aanwezigheid van stukken op 47 en 48, waardoor een eventuele tegenaanval van zwart over de velden 36 en 37 bij voorbaat tot mislukken gedoemd is!

51...15-20 52.24x15 25-30 53.15-10 30-35 54.10-4 35-40 55.4-15!

Vrijwel hetzelfde eindspel, maar dan met 48 op 42, heeft zich dertig jaar geleden voorgedaan in een competitiepartij tussen Schotanus en Jan de Ruiter. In plaats van 55.4-15 volgde er toen 55.19-14 (verknoeit op zich nog niets) 40-45 56.14-10?? (maar dit is een ernstige fout; 56.4-15! had alsnog probleemloos gewonnen) 26-31! 57.10-5 22-27! 58.4x22 27x18, waarna De Ruiter uiteindelijk met remise zou ontsnappen.

55...12-17

De enige manier om de overgang naar een 4x2 eindspel uit de weg te gaan. Maar het mag niet meer baten:

56.19-14 40-45 57.14-10 45-50 58.10-5

Zwart geeft het op, en terecht: tegen de dreigende damvangst via 59.29-23 + richt 59...22-27 niets uit in verband met datzelfde 60.29-23 +.