Sorteer commentaar op invoerdatum, nieuwste eerst
 20-07-2022 MI Frits Luteijn:
Deze opening heb ik met beide kleruen meer dan 40 keer gespeeld. Meestal is het zwart, omdat niet iedereen het avontuur aandurft. De zet 19...15-20 is van mij afkomstig. Ik ben ermee gestopt, nadat Ruud Palmer mij in het Nederlands kampioenschap 1983 van het bord had gezet. Zwart moet een keertje de ruil 14-20x20 nemen of de opstoot naar 28 doen.

De zet 17...24-29 is nogal verplichtend. Zelf heb ik een aantal keren de opstoot 17...23-28x28 gedaan. Dat is ook geen groot succes is in diverse correspondentiepartijen gebleken.

In plaats van 19...15-20 komt de ruil 19...18-22 20.27x18 13x22 in aanmerking. Wit kan dan niet goed 39-33 spelen, vanwege 23-28! met bevrijding. In en na de partij gekeken naar de mogelijkheid 21.32-27 22x31 22.39-33. Zwart heeft dan 22...9-13! en staat goed. Mijn tegenstander liet het na, omdat hij geen goed beeld had van de tactische mogelijkheden.

Op de 27e zet lang nagedacht. Wit moet kiezen uit 48-43 en 21-16. De bedoeling van 27.48-43 is de afwikkeling 12-17 28.21x12 18x7 29.32-28 en zwart ziet vermoedelijk het stuk niet meer terug. Niet erg effectief is 27.50-44 12-17 28.21x12 18x7 en de schijfwinst 29.35-30 zit er natuurlijk niet in. Er dreigt de bevrijding 23-28.

Na 30...12-17 heeft wit schijfwinst plus positievoordeel. Lastig is 30...18-22 met meerslag. Zwart kan dat erin houden na 31.42-37 3-8. Tijdens het naspelen bleek wit met 32.50-44 1-6 33.21-16 te kunnen winnen, omdat zwart na 12-17 last heeft van 16-11.  
 20-07-2022 MI Casper van der Tak:
Bedankt Frits voor de uitvoerige uitleg. Loon naar werken deze keer, mooi!
 20-07-2022 MF Maarten Linssen:
Kleine correctie Frits;Ruud Palmer versloeg jou niet op het NK van 1983 maar op het NK 1982.