Sorteer commentaar op invoerdatum, nieuwste eerst
 23-07-2020  Hanco Elenbaas:
Ton Sijbrands, 17 november 2007

Schwarzman loopt Vatoetin onder de voet

De tiende editie van het jaarlijkse Bijlmertoernooi (Amsterdam, oktober 2007) leverde – evenals in 1997, 1998 en 2006 – een afgetekende zege op voor Alexander Schwarzman. 

Hoezeer Schwarzman en Tsjizjov een klasse apart vormden, blijkt wel uit het feit dat geen van de overige deelnemers boven de vijftig procent wist te komen. Zo eindigden Valneris, Thijssen, Domtsjev en Winkel allen op 9 uit 9, waarbij het verschil in score-opbouw tussen de eerste twee opmerkelijk mocht heten: Valneris zag al zijn partijen in remise eindigen, terwijl Thijssen juist tweemaal won, maar tegen Schwarzman en Tsjizjov onderuit ging. Het traditiegetrouw sterk bezette deelnemersveld werd gecompleteerd door Heusdens en Ndjofang (beiden 8), Vatoetin (7) en Oudshoorn (6 punten). Al in de tweede ronde stelde Schwarzman zijn kandidatuur voor de toernooizege door Jevgeni Vatoetin, de doorgaans zo solide Wit-Russische grootmeester, finaal onder de voet te lopen.

Schwarzman - Vatoetin
Bijlmertoernooi 2007

1.32-28 16-21 2.31-26 18-22

Bepaald geen vrijblijvende openingskeuze. En nu weet ik wel dat het hier een van Vatoetins lievelingsvarianten betreft, maar het is toch een beetje alsof Heracles tegen Ajax vol op de aanval speelt.

3.37-32 11-16 4.41-37 13-18

Zo had Vatoetin het wel vaker gespeeld, waarbij zijn tegenstanders steevast met 5.37-31 vervolgden. Schwarzman hanteert echter een heel andere strijdwijze:

5.28-23!? 19x28 6.32x23 18x29 7.34x23 20-24

Het is moeilijk te zeggen hoe zwart het beste op de Springer-contra-attaque kan reageren. Ik geloof dat mijn eigen voorkeur naar 7.9-13 uitgaat.

8.40-34 14-20 9.33-29 24x33 10.38x29 8-13 11.46-41 13-18 12.34-30 20-25

Rekening houdend met de geweldige reputatie die Schwarzman als omsingelaar geniet, mijdt Vatoetin alle varianten waarbij schijf 23 van het bord verdwijnt (bijvoorbeeld via 13.29-24) en zwart mogelijkerwijs met een topzware rechter vleugel wordt opgezadeld. Maar het middel lijkt erger dan de kwaal: door de vijandelijke indringer consequent in leven te laten, roept hij juist een vernietigende aanval over zich af!

13.42-38 25x34 14.39x30 10-14 15.44-39 9-13 16.50-44 21-27 17.48-42 13-19 18.30-24! 19x28 19.38-32 27x38 20.43x23

Van groot belang is nu dat wit na 20.3-8 21.39-33! 4-9 22.44-39! precies op tijd komt om zowel de damdreiging 22.15-20 enz. als 22.9-13?? (23.24-19 +) te ontzenuwen.

20.16-21 21.39-33 6-11 22.44-39 3-8 23.45-40 21-27 24.40-34 14-20 25.34-30 1-6 26.49-43 4-10 27.39-34!

Gespeeld in het terechte vertrouwen dat de opsluiting slechts van tijdelijke aard zal zijn.

Zie diagram 1

27.27-31 28.36x27 22x31 29.41-36! 17-22 30.36x27 22x31 31.37-32!

Zonder 27.39-34 was deze manoeuvre, die bovenal ten doel heeft schijf 26 voor afruil te behoeden, niet mogelijk geweest.

31.31-36 32.32-27! 11-17 33.43-38 20-25 34.27-21! 7-11 35.21-16 8-13 36.16x7 2x11 37.24-19! 13x24 38.30x19

De witte aanval is volledig ontketend. Zwart daarentegen zal, doordat wit nog steeds het randveld 26 controleert, op graniet bijten.

38.11-16 39.33-28 18-22

Ook 39.15-20 was, ofschoon taaier, ontoereikend geweest.

40.38-33 16-21

Zie diagram 2

41.19-14! 10x19 42.23x14 15-20 43.29-24!

Met behulp van een kleine meerslagfinesse baant wit zich een weg naar dam.

43.20x38 44.42x33 22-27 45.34-29(!) 12-18 46.14-9

(nu pas)

46.5-10 47.9-4 10-15 48.4x31 36x27 49.29-24 25-30 50.24-19 30-34 51.19-14 17-22 52.26x17 22x11 53.14-9

Zwart geeft het op.