Sorteer commentaar op invoerdatum, nieuwste eerst
 11-11-2020  Hanco Elenbaas:
TON SIJBRANDS, 18 oktober 1997

Kopmannen van Maas van 't Hoog

Vorige week schreef ik voor de eerste maal over de nieuwe clubcompetitie. Ik legde uit dat landskampioen Hiltex (Amsterdam) als de belangrijkste titelkandidaat moest worden beschouwd, maar dat men daarnaast met ploegen als Huissen en Westerhaar rekening diende te houden.  

Voorts had ik de stelling willen poneren dat ook Maas van 't Hoog dit seizoen wel eens hoge ogen zou kunnen gooien. Tenslotte waren de Hengeloërs de competitie met twee belangrijke overwinningen begonnen. En mede dankzij de aanwezigheid van zulke buitengewoon produktieve spelers als Wiersma en Krajenbrink moest het, zo redeneerde ik, wellicht mogelijk zijn het succes van het seizoen 1990/'91 (de Twentenaren werden toen zonder enig puntverlies kampioen) te evenaren.

Het was maar goed dat ruimtegebrek mij verhinderde mijn 'profetieën' aan het papier toe te vertrouwen, want zij zouden nog diezelfde (zater)dag door de werkelijkheid worden gelogenstraft.

Waar in de derde ronde Hiltex, Huissen en Westerhaar namelijk wèl wonnen, ging Maas van 't Hoog teleurstellend onderuit tegen het Tilburgse Astra Informatica (9-11). Niet dat nu in één klap het doek zou zijn gevallen voor de kampioensaspiraties van de Hengeloërs - daarvoor bevindt de competitie zich nog in een te pril stadium - maar een gunstig teken is het natuurlijk nìet.

Desondanks blijf ik bij mijn voornemen om deze en de volgende rubriek te wijden aan de partijen van de kopmannen van Maas van 't Hoog: Harm Wiersma en Johan Krajenbrink.

Ik begin met de fraaie overwinning die oud-wereldkampioen Wiersma op de eerste competitiedag ten koste van Gabriël Heerema (Bakkerij Jorritsma/Rinsumageest) liet aantekenen.

Wiersma - Heerema
(Clubcompetitie 1997/'98)

1.33-28 19-23 2.28x19 14x23 3.39-33 10-14 4.44-39 5-10 5.50-44 14-19 6.35-30 20-25 7.40-35 9-14 8.44-40 3-9

Heerema wijkt af van de 10e matchpartij Wiersma-Van der Wal om het WK 1983, waarin 8...15-20 werd gespeeld.

9.32-28 23x32 10.37x28 19-23 11.28x19 14x23 12.31-27

De eerste nieuwe zet. In een tweetal competitiepartijen tegen achtereenvolgens De Hoon en Miksa (beide oktober 1991) had IJmuidenaar Cees Pippel hier voor 12.41-37 16-21 13.47-41 gekozen.
Heerema's reactie is even ambitieus als dubieus:

12...23-28?! 13.33x22 17x28 14.41-37

Sterk in aanmerking kwam ook 14.38-33(!) 12-17 15.33x22 17x28 en nu het verrassende 16.42-37(!!) Zwart moet dan een zware beslissing nemen.

14...11-17 15.37-31 28-32

Inderdaad mocht zwart zich onder geen beding op 15...17-22? 16.38-33! 6-11 17.47-41(!!) inlaten.

16.27-22 17x28 17.38x27 18-22 18.27x18 13x22 19.46-41 9-13 20.41-37 16-21 21.31-26 12-17

Voor een zwartspeler die zich bovenal bezighoudt met de vraag hoe zijn voorpost te ondersteunen, is de tekstzet zeker niet onlogisch, want na 22.42-38?! 7-12! (veel sterker dan 22...10-14? 23.30-24! enz.) zou de dreiging 23.38-32?? van de baan zijn in verband met 23...21-27! enz. +.
Maar wit heeft beduidend beter:

22.43-38! 7-12 23.39-33! 28x39 24.34x43 25x34 25.40x29

Doorgaans liggen aan een dergelijke manoeuvre slechts defensieve overwegingen ten grondslag. Maar mede dankzij het feit dat 16 al op 21 staat, zal Wiersma het terugruiltje 23.39-33 enz. juist tot een offensief wapen weten om te smeden!

25...6-11 26.37-32 11-16 27.42-37 1-7 28.45-40 10-14 29.40-34 4-9 30.48-42 14-20 31.37-31 13-19

Zwart kampt met het probleem dat het nog te vroeg is om 21-27x27 door te zetten. Maar met zijn laatste twee zetten speelt hij zijn tegenstander ongewild een extra aanknopingspunt aan de andere bordrand in handen. Wiersma zal er dankbaar van profiteren: 32.34-30! 9-14 33.30-25! 21-27 Zwart had hier een belangrijk alternatief in 33...22-28 34.32x23 19x28, waarop wit vermoedelijk het beste 35.42-37 speelt. In elk geval mag zwart zich dan niet aan 35...28-33? bezondigen wegens 36.29-23! 33x42 37.47x38 met als mogelijk vervolg 37...8-13 38.38-33! 20-24?! (het terugruiltje 14-19x9 is nog het beste) 39.43-39! 13-18 40.35-30! en na het slaan 42.37-32 +.
Overigens dient wit zich te hoeden voor de even verraderlijke als spectaculaire combinatie die mogelijk is wanneer hij 38.38-33 en 39.43-39 zou vervangen door 38.37-32?! (38...20-24) en 39.38-33? Zwart wint dan namelijk door 39...21-27!!, 40...2-8!, 41...13-19, 42...19x48, 43...16-21(!), 44...14-20 en 45...48x38 +.

34.32x21 16x27 35.35-30!

Hiermee is het pleit in hogere zin beslecht: zwart kan de opsluiting van zijn linker vleugel nooit meer ongedaan maken met 19-23x23?? wegens 37.30-24! enz. +.

35...7-11 36.42-37 2-7 37.37-32!

Haalt de bevrijdingsactie 37...19-23 en 38...22x13! enz. uit de stand.

37...11-16 38.32x21 16x27 39.47-41(!) 7-11 40.41-37 8-13 41.43-39!

Zie diagram 1

Nu de formatie 49/43/38 haar nut voldoende bewezen heeft, mag wits op-één-na onderste schijf assisteren bij de voltrekking van het vonnis. De bedoeling van de tekstzet luidt kort maar krachtig 41...13-18 42.39-34! 19-23 43.30-24! 23-28 44.24-19 +.

41...11-16 42.39-34 12-18 43.37-32!

Zonder vrees voor 43...19-24?? of 43...20-24? enz., daar het doorgebroken stuk op 42 altijd weer wordt uitgevangen.

43...16-21 44.32-28!

Terecht wikkelt wit af naar het eindspel, want een positionele winst zit er na 44.49-44? 19-23 45.44-39/40 14-19! 46.25x14 19x10 enz. niet in.

44...22x35 45.31x11 19-24(?)

In hevige tijdnood bijt de zwartspeler niet meer van zich af. Veel hardnekkiger was 45...21-27(!) 46.11-7 18-23(!), al geloof ik dat wit na 47.49-44! nog steeds uitstekende winstkansen heeft.

46.26x17 13-19 47.11-7

Zwart geeft het op.

In de tweede ronde won Maas van 't Hoog met 12-8 van De Vaste Zet. Met zijn zege op Patrick Casaril, de voormalige Belgische kampioen, leverde Wiersma een belangrijke bijdrage aan de uiteindelijke overwinning van zijn team.

Wiersma - Casaril
(Clubcompetitie 1997/'98)

1.33-29 19-23 2.35-30 20-25 3.40-35 14-19 4.30-24 19x30 5.35x24 17-22 6.31-27 22x31 7.36x27 11-17 8.39-33 6-11 9.44-39 17-21 10.45-40 11-17 11.40-35 21-26 12.41-36 17-21 13.50-44 12-17 14.33-28 7-12 15.28x19 17-22 16.46-41 22x31 17.36x27 1-7 18.38-33 18-22 19.27x18 12x14 20.32-27 21x32 21.37x28 14-20 22.43-38 9-14 23.38-32 4-9 24.41-37 7-12 25.42-38 12-18 26.28-23 14-19 27.23x12 19x30 28.35x24 8x17 29.33-28 9-14 30.44-40 16-21 31.38-33 17-22 32.28x17 21x12 33.33-28 3-8 34.40-35 14-19 35.49-44 19x30 36.35x24 10-14 37.44-40

Zie diagram 2

37...5-10?

Na zich lange tijd verdienstelijk te hebben geweerd, begaat Casaril een ernstige fout die hem alsnog in een kansloze situatie doet belanden. Zwart had eerst 37...14-19(!) 38.40-35 19x30 39.35x24 en daarna pas 39...5-10 40.28-23 10-14 enz. moeten doen; een puntendeling was dan de meest waarschijnlijke uitkomst geweest.

38.32-27!

Dit is wat de zwartspeler moet hebben overzien: hij kan 38...14-19(?) niet doorzetten wegens 39.29-23! en 40.27-22 enz. met winnende dam op 5. Maar het alternatief is nauwelijks minder catastrofaal:

38...13-19 39.24x13 8x19 40.48-43 19-24 41.39-33 24-30 42.43-39 30-35 43.28-23! 35x44 44.39x50 12-18

In plaats van capituleren.

45.23x12 14-19 46.37-31 26x37 47.12-8 2x13 48.47-41 37x46 49.33-28 46x23 50.29x9

Zwart geeft het op.
 12-11-2020  Ad de Hoon:
PDN     Diagram 1
37. ... 14-19 38. 40-35 19x30 39. 35x24 05-10 40. 28-23 10-14