Egbert van Hattem, 12 oktober 1996  

Van Lith weet zich staande te houden met kunst- en vliegwerk

AMSTERDAM Na afloop van de tweede remise in de derde set om de wereldtiteldammen voor vrouwen, was Karen van Lith meer uitgelaten dan Zoja Goloebjeva.

Met nog vijf minuten op de klok dacht de zwartspeelster op de 37e zet aanvankelijk een blunder te hebben begaan. Toen Goloebjeva in diep gepeins verzonk, zag ook Van Lith dat een geniale redding in het verschiet lag.

Wit versmaadde de doorbraak en kwam nog lastig te staan. Zwart profiteerde niet en leek alsnog onheil over zich af te roepen. Toch wurmde Van Lith zich naar remise en bracht de stand in de beslissende set op 2-2.

De toeschouwers in het raadhuis van Vught hadden er na zwarts 37...27-32 even een hard hoofd in. Wit leek winnend door te kunnen breken naar veld 7 middels de eenvoudige combinatie 38.25-20 14x23 39.33-29 23x43 en 40.49x7.

Ook Van Lith keek eerst schuldig naar haar schijven maar zag, toen Goloebjeva iets langer nadacht, dat ze de beschikking had over een hoogst ongebruikelijke redding. Goloebjeva kon haar ogen niet geloven en verbruikte in een keer bijna al haar bedenktijd.

De oplossing voor Van Lith was namelijk gelegen in de onlogische slagkeus 38...14x43 waarna wit direct tot doorbraak zou komen. Maar na de manoeuvre 39...17-21, 40...19-23 en 41...13x2 verdwijnt in deze denkbeeldige variant de witte schijf die de volgende zet zou promoveren.

Dat was pure mazzel voor Van Lith die na afloop ruiterlijk toegaf de redding pas in tweede instantie te hebben gezien; er vrolijk aan toevoegend dat het 'toch een leuke partij' was geweest.

De ontmoeting was inderdaad een interessant gevecht waarin zwart aanviel en wit de zwakte van de driepoot 16,21,27 probeerde aan te tonen. Met 43...16-21 had zwart het gelijk alsnog aan haar zijde kunnen krijgen.

In de partij was wit combinatief gevaarlijk maar wist zwart zich met kunst- en vliegwerk te redden. Wit nam op zet 44 de doorbraak naar veld 10 maar zwart kon in het eindspel altijd een witte schijf consumeren.

Goloebjeva concludeerde in de weinige bedenktijd die haar nog restte dat dezelfde slagzet als in de partij (maar dan met 44.24-20 en 45.33-29) ook niet tot winst zou leiden. Daarin had ze, naar tot nu wordt aangenomen, volkomen gelijk.