Sorteer commentaar op invoerdatum, nieuwste eerst
 20-07-2020  Hanco Elenbaas:

Ton Sijbrands, 15 augustus 2009:

Kalmakov laat dertiende plaats lopen

Zo’n driekwart jaar geleden stond ik met Flaubert Ndonzi, de in Parijs woonachtige Kameroener die in de clubcompetitie voor Heijmans Excelsior uitkomt, bij Rotterdam CS te wachten op een teamgenoot die ons een lift naar het speellokaal van Constant/ Charlois zou geven.... 

‘Als Tsjizjov, Schwarzman en Georgiev aan een toernooi meedoen, weet je bij voorbaat dat een van die drie het gaat winnen. Dat is jammer voor de anderen, maar het is nu eenmaal zo.’ De toernooien die sindsdien hebben plaatsgevonden, lijken Ndonzi’s gelijk te bevestigen. Schwarzman schreef het Bijlmer-toernooi op zijn naam, Tsjizjov won het Seaports Masters (Delfzijl), terwijl Georgiev als eerste eindigde in het toernooi om de Balt Cup (Vilnius). Alleen in het toernooi van Den Haag (18-25 juli) slaagde Kees Thijssen erin de hegemonie van bovengenoemd ‘supertrio’ te doorbreken. Thijssen finishte evenals Schwarzman, Valneris en Provoost op een totaal van 14 punten uit 9 partijen, maar werd op grond van de zogeheten weerstandspunten tot winnaar uitgeroepen. Maar dat was (evenals het door Martin Dolfing gewonnen toernooi van Nijmegen) een open toernooi met Zwitsers Systeem. Een klassiek rondtoernooi daarentegen levert doorgaans een veel zuiverder afspiegeling van de krachtsverhoudingen op.

Zo’n rondtoernooi is – zij het tot op zekere hoogte – het Hiltex-Zeelandtoernooi dat jaarlijks in Goes wordt gehouden. Vorige week zaterdag beleefde de zesde editie haar ontknoping, en de lezer raadt het al: de dammers uit de voormalige Sovjet-Unie waren weer oppermachtig. Zo eindigde groep 1 (de zestien deelnemers zijn opgedeeld in twee gelijkwaardige groepen van acht) in een zege voor Valneris/Schwarzman (10 punten), vóór onder anderen Dolfing (9), Baljakin en Thijssen (beiden 7). De tweede groep werd een gemakkelijke prooi voor Georgiev (10 punten), die onder anderen Virni (8), Macodou N’Diaye (7) en het drietal Heusdens, Meurs en Scholma (allen 6) ruimschoots achter zich liet.

Maar daarmee was het toernooi nog niet ten einde. Het Zeeland Open kent namelijk sinds jaar en dag een ‘finale’ met behulp waarvan de organisatie een eindrangschikking van 1 tot en met 16 tracht te forceren. Helaas sluipt daarmee tóch weer een element van onzuiverheid het toernooi binnen. En het lijkt mij ook niet leuk als deelnemer te moeten constateren dat wanneer je in jouw groep bijvoorbeeld als derde bent geëindigd, er in de ‘echte’ eindstand hooguit nog een vijfde plaats voor je blijkt weggelegd omdat niet alleen de eerste twee aankomenden uit jouw eigen groep, maar óók die uit de andere groep (tegen wie je dus niet hebt kunnen spelen) boven je eindigen. . .

Enfin – over die slotdag, die men de afgelopen jaren met allerlei kunstgrepen zo spannend heeft willen maken als maar (niet) mogelijk is, zou de organisatie zich wat mij betreft nog wel een keer mogen buigen. Hoe weinig inspiratie er óók voor sommige deelnemers van uitgaat, werd wel heel treffend geïllustreerd door het – overigens laakbare – gedrag van de Rus Andrej Kalmakov. Die was in groep 2 als voorlaatste geëindigd en had dus in de finaleronde met Ndjofang, de nummer zeven van groep 1, om de dertiende plaats moeten spelen.

Daar zag Kalmakov het nut kennelijk niet van in. Zonder zich om een reglementaire nederlaag te bekommeren, pakte hij zijn koffers en zette koers naar het Limburgse Brunssum, waar diezelfde dag een ander (open) toernooi begon. Zoiets geeft absoluut geen pas. Maar ik moet toegeven dat ik mij er wel iets bij kan voorstellen. In elk geval lijkt mij de kans groot dat Kalmakov in Brunssum (dat vandaag eindigt) géén veertiende of dertiende wordt, en waarschijnlijk zelfs geen zevende. . .

Volgende week behandel ik de spectaculaire remisepartij tussen Georgiev en Valneris, een puntendeling waarmee Georgiev zijn toernooizege veiligstelde. Vandaag sluit ik evenwel af met het beslissende fragment uit de partij die de oud-wereldkampioen van Pim Meurs won.

Zie diagram

Zo stond het na Georgievs 39ste zet 33-28. Er volgde:

39.14-19?

Zwart laat zich verrassen door een nogal verraderlijke damzet. Na 39.6-11! was er niets aan de hand geweest.

40.29-23!! 18x29 41.28-22 27x18 42.36-31 26x37 43.47-42 37x48 44.39-34 48x30 45.25x3 18-22?

Maar pas hierna is hij definitief verloren. Met 45.13-19! kon Meurs nog remise maken, al was dat achter het bord onmogelijk te berekenen.

46.3-20! 13-19 47.38-32! 6-11 48.20-33! 11-17 49.33-42!!

Even elegant als slagvaardig gespeeld. Omdat er tegen de dubbele dreiging 50.32-27 + en 50.32-28 + geen kruid gewassen is, gaf zwart het op.