De analyse van Sijbrands uit De Volkskrant 1998

1.34-30 20-24 2.32-28 Via een ongebruikelijke volgorde van zetten zijn de spelers in het moeilijke half-open klassieke spelgenre terechtgekomen. 2...18-23 3.30-25 23x32 4.37x28 12-18 5.41-37 17-21 6.40-34 7-12 7.37-32 21-26 8.44-40 26x37 9.42x31 16-21 10.46-41 21-26 11.41-37 11-17 12.47-42 6-11 13.31-27 1-6 14.37-31 26x37 15.42x31 Met verwisselde kleuren en 40 nog op 44 is deze stelling al eerder tussen dezelfde spelers voorgekomen. Toen, in het NK 1995, deed Scholma 15...18-23 16.34-29 23x34 17.39x30 13-18 enz. (ook die partij zou hij uiteindelijk winnen), nu kiest hij noodgedwongen (15...18-23?? 16.25-20 +) voor een heel andere aanpak: 15...11-16 16.48-42 Eveneens een belangrijk moment. Met (alweer) verwisselde kleuren en 40 op 44 werd zowel in de competitiepartij Van der Schaaf-Roozenburg 1994 als in - opmerkelijke bijzonderheid - Yila Tiego-Clerc, voorronden WK 1996, vervolgd met 16.27-22 18x27 17.31x11 6x17 18.32-27. 16...17-22 17.28x17 12x21 18.42-37 2-7(!) 19.50-44 7-11(!) 20.27-22. Dit ziet er al niet meer gezond uit voor wit. Maar mogelijk vreesde Clerc op 20.33-28 de omsingelingsactie 20...11-17 en 18-22x22. Merk op dat het laten 'hangen' van het zwarte stuk op 21 essentieel is. 20...18x27 21.31x22 8-12 22.34-30 13-18 23.22x13 9x18 24.37-31 21-26 25.33-28 26x37 26.32x41 16-21 27.40-34 21-26 28.38-32 11-17 29.41-37 6-11 30.36-31 18-22! Een mooie zet. Voordat wit 31-27 kan doorzetten, dwingt Scholma een ernstige structurele verzwakking aan de vijandelijke rechter vleugel af. 31.45-40 22x33 32.39x28 11-16 33.31-27 17-21 34.27-22 12-17 35.22x11 16x7 36.44-39 7-12 37.43-38 15-20!! Ter voorbereiding van 12-18, dat momenteel nog niet ging in verband met 38.28-23! enz. 38.49-43 12-18! Prachtig gespeeld. Dankzij het feit dat 15 inmiddels op 20 staat, kan wit niet meer goed met de opstoot 39.28-23 enz. werken. Vanuit de stand na 41.32x23 (relatief beter is 41.30x19 14x23 42.25x14 10x19 43.38-33) laat zwart namelijk volgen 41...21-27! 42.30x19 27-31!! met onmiddellijke winst. 39.39-33 3-8 40.37-31 26x37 41.32x41 8-12 42.38-32 Op 42.41-37 had al 42...24-29!! en 43...20-24 + gekund. En 42.41-36 had op slag verloren door 42...21-27! enz. 42...12-17 43.41-36 18-23! 44.43-39 21-26! Scholma heeft zijn grote tegenstander volledig overspeeld. Maar waar menigeen zou hebben gecapituleerd, gaat Clerc, met het oog op de klok, stug door. Het vervolg zal de witspeler in zekere zin in het gelijk stellen, want hij komt nog verrassend ver… 45.36-31 26x37 46.32x41 23x32 47.34-29 32-38 48.33x42 24x44 49.40x49 4-9 Het spreekt voor zich dat wit geen enkele compensatie heeft voor de verloren schijf: zwart moet op meerdere manieren kunnen winnen. De enigszins omslachtige weg die Scholma kiest, kan verklaard worden uit het feit dat er in deze fase 'gevluggerd' moest worden. Naar verluidt zou de rust op en aan het bord pas rond de 56e zet terugkeren. 50.41-37 9-13 51.42-38 13-18 52.49-43 19-24 53.30x19 14x23 54.25x14 10x19 55.35-30 18-22 56.38-33 Zie diagram 3 56...23-28?! Zwart staat nog steeds gewonnen, maar de tekstzet maakt zijn taak er niet gemakkelijker op. Een zet als 56...22-27 had een probleemloos afspel gegeven. 57.43-39 5-10 58.37-31(!) 28-32 59.39-34(!) 19-23 60.33-29 32-38! 61.29x27 38-43! 62.30-24 Taaier is 62.31-26 43-49 63.26-21 17x26 64.27-22, waarop zwart menige schijnwinst (zoals 64...49-27? 65.22x31 26x37 66.34-29! en 67.29-23 enz. =) dient te vermijden. Maar anders dan aanvankelijk gemeend werd, zou wit er niet in àlle varianten remise mee hebben gemaakt. Zwart kan namelijk als volgt winnen: 64...49-35! 65.40-35 35-8! 66.25-20 (op 66.22-18 leidt uitsluitend 66...10-14! tot het gewenste doel) 66...10-15! (alleen zo) 67.20-14 8-3 68.22-18* 3x39! 69.18-13* 39-17! 70.13-9 17-22! en nu òf 71.9-3 22-17 + òf 71.9-4 22-36 met insluiting van de witte dam. 62...43-49! 63.24-20 Op 63.24-19 was gevolgd 63...49x21! 64.19-13 17-22 en nu bijvoorbeeld 65.34-29 21-3 66.29-23 10-14! 67.23-18 (of 67.31-26 22-27 68.23-18 3-17 +) 67...22-27!! (zou dit werkelijk de enige zijn?) 68.31x22 3-21/26 enz. met winst. 63...49x21! Om op 64.20-15 een tempo (over) te hebben voor de combinatie 64...21-16! en 65...17-22 +. 64.34-30 10-15 Of ook meteen 64...21-38 65.20-15 38-16/17-22 +. 65.30-24 21-26! En zonder 66.31-27 26-42(!) af te wachten, gaf wit het op.