Ik dacht op een gegeven moment op tijd de lange lijn te halen, daarna , zoals aangegeven door Frans van der Velde, had ik met mijn dam op 47 de schijf kunnen tegenhouden op 36, met standaard eindspel. 
Hans hield zijn hoofd wel koel.

Wit moet een iets andere opstelling kiezen. Dan is het in de diagramstand al helemaal uit.
55. 35-30 13-19 56. 47-41 18-23 57. 27-22 23x32 58. 37x28 26-31 59. 22-17
Ook andere varianten helpen niet.

Dat moeten is wat overdreven, Ben. Wit kan het hier fraai afmaken door 63. 01x40! 39-43 64. 27-22! 43-49 65. 32-27 49x21 66. 40-49!

Tja Ronald, van moeten is natuurlijk helemaal geen sprake, we leven, gelukkig, in een vrij land en ook op het dambord kan iedereen zijn eigen keuzes maken. Moeten is meer bedoeld in de zin van als je het eindspel wilt vermijden is er een mogelijkheid via een iets andere opstelling een snellere winst te realiseren. Dat is evenwel een vrij lange zin, die ik de lezer besparen wilde.

Je hoeft de lezers niet te sparen, Ben. Die kunnen dat wel aan. Het spreekt voor zich dat 35-30 een snelle duidelijke en relatief eenvoudige winst is en in dat opzicht heb je helemaal gelijk. Mij viel het motiefje 26,D21/22,28,37,D49 op, vandaar.  Ik weet ook niet of dit gekend is. In mijn variant is 32-28 ipv 27-22 wat eenvoudiger maar het oog wil ook wel wat. Even met KR gekeken en Harry ging analytisch gezien pas in de fout bij 66.32-28. Toegegeven, In dit eindspelletje zitten wel wat moeilijke momentjes. Ik heb wel het talent om zulke eindspelen te verprutsen...
Ik zie nu dat het motiefje (in de zetting van de gegeven variant) al een keertje door Steven Wijker op het bord is gebracht in 2013.

55. 35-30 13-19 56. 47-41 18-23 57. 30-24 23x21 58. 24x13